'Dit zijn 10 te voorkomen ongevallen in de bouw'

'Dit zijn 10 te voorkomen ongevallen in de bouw'
De meeste doden vielen in het eerste halfjaar in de bouw.

Vallen van hoogten lager dan 2,5 meter is een zwaar onderschat probleem. En zo zijn er nog tal van bouwongevallen die te voorkomen zijn, zegt Michel Schenk, arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW. Michel stelde zijn persoonlijke top 10 van ongevallen en oorzaken van ongevallen samen. "Helaas kan ik er nog veel meer opnoemen."

1. Vallen van hoogte

Logisch, de gevolgen zijn in de bouw meestal ernstig, want je valt nooit op een zachte en vlakke ondergrond.

2. Onjuist gebruik van valbescherming

Helaas is men er vaak van overtuigd dat een persoonlijk beschermingsmiddel volstaat, terwijl er de situatie nadrukkelijk vraagt om een collectieve veiligheidsvoorziening. Zo komt het geregeld voor dat er luchtankers worden meegeleverd of dat er tijdens het gebruik toch iets misgaat. Ik wil hier benadrukken dat een persoonlijk beschermingsmiddel echt de allerlaatste schakel is bij het beschermen van personeel.

3. Vallen van hoogte (lager dan 2,5 meter)

De gevolgen zijn bij mijn ongevallen altijd ernstig en wij moeten altijd zeer veel moeite moeten doen om het ernstige gevaar juridisch aan te tonen. Het grote probleem bij kleine hoogtes is dat werknemers geen tijd hebben om te draaien. Hierdoor zal het zwaarste deel van het lichaam als eerste de klap van de val opvangen. Het hoofd en de romp, met als gevolg zware letsels en in enkele gevallen de dood. Vanaf ongeveer vier tot 4 tot 5 meter tot ongeveer 12 meter zijn de gevolgen ernstig, maar overleven de vallers beter. Althans dat is mijn praktische ervaring.

4. Gevaarlijke stoffen

Denk aan kwarts, asbest en nieuwe stoffen waar de gevolgen nog niet van bekend zijn. Denk aan koolstofvezels en nano-deeltjes. Ook over de gevolgen van combinaties van (on)gevaarlijke stoffen en de gevolgen op de gezondheid daarvan is onvoldoende bekend. Helaas zijn er slechts voor een paar stoffen grenswaarden vastgesteld en moeten werkgevers zelf grenswaarden bepalen. Dit is echt een sluipmoordenaar voor na je pensioen.”

5. Fysieke belasting

Ik doel op handmatig cyclisch werk zoals stuken, steigers bouwen en staal vlechten. Klachten aan lijf en ledematen zijn vaak te voorkomen door slimmer te werken. Helaas is ook dit een ‘sluipmoordenaar’ voor de bouw, want degenen die uitvallen zijn tegenwoordig veelal zzp’ers, of verlaten de bouw op zoek naar lichter werk.

6. Ladders en gevaarlijke gereedschappen

Werken op een ladder betekent (handleiding ladder) dat je maar één hand vrij hebt. Dat is een risico, want veel gereedschappen moet je met twee handen bedienen. Vallen van hoogte ligt ook hier op de loer. Daarnaast komen wij veel afgezaagde vingers en haren in slijptollen tegen. Vaak door onjuist gebruik van deze gereedschappen (arbeidsmiddelen).

Spoorbouwer VolkerRail heeft gisteren de eerste van een nieuwe generatie railinspectieladders voor de bovenleiding in gebruik genomen.

7. Elektrocutie door complexere machines

Systemen worden steeds complexer. Daarom zijn ze vaak uitgerust met een noodvoorziening. De wordt ingeschakeld als de stroom eraf gaat. Helaas vergeten werknemers a. een schakeldeskundige en b. de systemen kort te sluiten en te aarden. Ook gebouwonderdelen, zoals een rasterplafond kan onder stroom komen te staan tijdens een verbouwing, met risicovolle gevolgen voor werknemers die daar hun werkzaamheden verrichten.

8. Onvoldoende bekistingsondersteuning

Bekistingen hadden vroeger mijn specifieke aandacht. Vooral omdat alles daarom heen zeer zwaar en sterk uitgevoerd moest worden om de grote stortbelastingen en drukken op te vangen. Recent zijn er twee ongevallen geweest, waarbij de bekisting op veel te lichte ondersteuningen stonden.

9. Hijskranen en graafmachines

Grote machines die regelmatig in hun draaibereik werknemers tegenkomen. Dat gaat niet altijd goed.

10. Beklemming

Bijvoorbeeld door het omvallen van een grote kalkzandsteenblok.

“Dit is een willekeurige volgorde op basis van mijn persoonlijke ervaring. Helaas kan ik nog veel meer opnoemen”, laat Michel Schenk weten. "Als iedereen in de sector beter kijkt wat we aan het doen zijn, zijn er veel oplossingen mogelijk. Laatst las ik een publicatie van de TU Delft over opdrachtgeverschap. Het ging vooral over het in de markt zetten van een techniek. Ik las geen woord over de veiligheid. Kennelijk is het nog steeds iets wat je erbij doet.”