Wanneer we over dit onderwerp praten, is het goed om eerst onderscheid te maken tussen klimaatbestendig en duurzaam bouwen. “Klimaatbestendig bouwen gaat over het vergroten van de weerbaarheid van nieuwe en bestaande gebouwen”, legt Wouter Bosschaart van Aon uit. “Schade aan gebouwen door weersinvloeden blijft toenemen en wordt wereldwijd verergerd door klimaatverandering.” Duurzaam bouwen gaat over het terugdringen van CO2-uitstoot, bijvoorbeeld door betere isolatie of het gebruik van hout in plaats van cement.

“Verzekeraars kijken vanuit verschillende perspectieven naar dit onderwerp”, vult Dijkstra aan. Hij is binnen Aon Nederland verantwoordelijk voor onder andere de bouwsector, vastgoed en woningcorporaties. “Klimaatbestendig bouwen draait vooral om het beperken van de schadelast bij natuurrampen. Tegelijkertijd zien we dat bij alternatieve bouwmethoden andere materialen worden gebruikt, die andere risico’s met zich meebrengen.” Volgens Dijkstra is er daarnaast een derde perspectief: “De energietransitie vraagt om een enorme toename van de woningbouw. Dat biedt verzekeraars de kans om zich hierin te specialiseren.”

Klimaatrisico’s

Volgens Bosschaart, binnen Aon wereldwijd verantwoordelijk voor strategische consultancyprojecten voor verzekeraars op het gebied van klimaat en energietransitie, zien verzekeraars een duidelijke toename van klimaatgerelateerde risico’s, zowel in frequentie als in impact. Overstromingen en natuurbranden staan daarbij bovenaan. “Wereldwijd nemen die risico’s toe door langere droogteperioden en veranderende neerslagpatronen. Zeker voor woningbouw zijn dat risico’s die we scherp in het oog moeten houden.”

Hij verwijst daarbij onder meer naar de overstromingen in Limburg en Centraal-Europa. “Waar verzekeraars vroeger uitgingen van eens in de vijftig of honderd jaar, zien we nu dat zulke gebeurtenissen zich mogelijk elke vijf tot tien jaar herhalen. Dat heeft enorme gevolgen voor de schade, én de verzekerbaarheid.”

Ook stormschade neemt toe, benadrukt Dijkstra: “In Nederland zagen we in 2024 een forse toename van aan storm gerelateerde claims. Dat jaar was echt een uitschieter, zoals ook blijkt uit het Aon Climate Report. In de toekomst moet blijken of dat incidenteel of een trend is.”

De maatschappelijke gevolgen zijn volgens Bosschaart niet te onderschatten. “In Noord-Amerika zie je al dat sommige postcodegebieden onverzekerbaar zijn geworden. Als je daar een huis hebt met een hypotheek en je geen verzekering meer kunt krijgen, heeft dat enorme impact. Zulke ontwikkelingen mogen we in Nederland niet negeren; niet alleen voor particulieren, maar óók niet voor bedrijven.”

Preventiemaatregelen

Naast het verzekeren van schade ligt er voor verzekeraars een steeds grotere verantwoordelijkheid in het voorkómen van die schade. Aon pleit er dan ook voor om al in een vroeg stadium samen met bouwbedrijven en opdrachtgevers te kijken naar risico’s en preventieve maatregelen. “Door de jaren heen hebben we veel kennis opgebouwd over wat wel en niet werkt”, vertelt Bosschaart. “Neem bijvoorbeeld zonnepanelen op daken: daar zie je steeds meer standaarden ontstaan over welk type paneel je kiest en hoe je het veilig installeert. Dat soort keuzes hebben direct invloed op het risico, en dus op de verzekerbaarheid.”

Volgens Bosschaart zit de oplossing niet in simpelweg het verhogen van de premies. “Dat zou bouwprojecten kunnen vertragen. De echte oplossing zit denk ik veel meer aan de voorkant: samen met bouwers kijken naar preventieve maatregelen, zodat de premies gelijk kunnen blijven of zelfs verlaagd kunnen worden.” Preventie betekent volgens hem ook: bouwen met het oog op het klimaat van morgen, niet van vandaag. “In Scandinavië en Noord-Amerika bouwen ze al langer met andere materialen. Daar kunnen we als Nederlandse markt veel van leren.”

Maatschappelijke verantwoordelijkheid

Dijkstra wijst daarnaast op de bredere maatschappelijke verantwoordelijkheid. “Wereldwijd is momenteel zestig procent van de klimaatschade onverzekerd. Die zogeheten protection gap proberen wij te helpen verkleinen.” Bosschaart knikt: “Jaarlijks bedraagt de wereldwijde schade door klimaatgerelateerde rampen zo’n $300 tot $400 miljard. Als we blijven werken met alleen historische data terwijl het klimaat verandert, dan wordt dat gat alleen maar groter.” Dijkstra en Bosschaart verwijzen daarmee niet alleen naar directe schade, maar ook naar de kosten van herstel en wederopbouw die volgen op extreme weersomstandigheden.

Dit vraagt uiteraard om een andere manier van werken, en juist daarin onderscheidt Aon zich. “Wij zijn actief in de hele bouwketen en adviseren onze klanten vanaf het allereerste stadium”, zegt Dijkstra. “Dat kan al bij de keuze van de locatie, het ontwerp van het gebouw en het materiaalgebruik, zodat wat er uiteindelijk gebouwd wordt ook verzekerbaar is.”

Aon beschikt over data waarmee risico’s op locaties vooraf kunnen worden beoordeeld. “Zo zorgen we ervoor dat bouwers weten waarmee ze rekening moeten houden”, vervolgt hij. “Ook tijdens de bouw adviseren we aannemers over hoe ze risico’s kunnen beperken. We brengen partijen samen – van tekentafel tot oplevering – en zorgen ervoor dat verzekerbaarheid vanaf het begin is ingebed.”

Dit artikel is gesponsord door Aon.