'Stikstof? Wees niet zo bang en zoek een boer'

'Stikstof? Wees niet zo bang en zoek een boer'
Foto: Hollandse Hoogte

Bouwers kunnen blijven bouwen en boeren blijven boeren. Hoe? Door ze bij elkaar te brengen en alle nieuwe huizen te bouwen van stro, hennep en hout. Naïef? Niet volgens Sandra Nap, een van de initiatiefnemers van Holland Houtland. "Wij gaan nadrukkelijk aan de opdrachtgeverskant van de bouw zitten."

Trutten. Zo noemt Sandra Nap (48) de manier waarop we in Nederland omgaan met grote uitdagingen zoals de klimaatverandering, groeiende grondstoftekorten, stikstof, droogte, de inklinking van veenweiden, de bouw van 1 miljoen woningen en het stikstofprobleem. Daarom is ze maar wat blij met het Stikstofrapport van de commissie Remkes dat vorige week het licht zag.

“Dat rapport ondersteunt honderd procent onze ambitie. Ook Remkes zegt dat de bouw door moet. Ook hij zegt dat we naar de gezamenlijke doelen moeten kijken in plaats van naar de middelen.”

Holland Houtland is een initiatief van Sandra Nap en Chantal van Schaik. Zij zetten zich in voor bouwen met lokaal geproduceerd hout en biobased grondstoffen. Foto: Suzanne van de Kerk

Nap is een van de drie initiatiefnemers van Holland Houtland. Kort gezegd brengt ze bouwers en boeren bij elkaar. De boer zorgt voor bomen, hennep en stro, de bouwer maakt er huizen van. “Dit najaar zijn we begonnen. Stikstof gaf ons het laatste zetje. Heel Nederland kwam op slot te staan. 18.000 projecten op de tocht. Maar waar bouwers en boeren in paniek raakten, zagen wij juist kansen.”

Het begint bij duurzaam aanbesteden

Huizen van materialen die in de regio groeien, dat is het idee. De interesse groeit met de dag. “Zo werken we op enkele plekken in Nederland inmiddels samen met een ontwikkelaar en een boer en met een biobased architect en een ontwikkelaar. Met meerdere provincies zijn we in gesprek om via de aanbesteding deze ambities te koppelen. Als dat groen licht krijgt, zijn we up and running, want dan gaat het ineens over de bouw van duizenden woningen.”

Dromen over de transitie

Nap droomt en doet, door dingen anders te zien. Ze zoekt het aan de vraagkant. “We gaan nadrukkelijk aan de opdrachtgeverskant van de bouw zitten. Bij gemeenten, provincies en projectontwikkelaars. De transitie begint namelijk bij de uitvraag. Doe het circulair met beton en baksteen, zeggen ze nu nog. Pas als de opdracht verandert, verandert de bouwer.”

Grote kans gemist

Haar benadering en enthousiasme zijn aanstekelijk. Steeds weer denkt ze vanaf de andere kant. Niet vanuit de beperkingen en middelen, maar vanuit de doelen. Wat dat betreft begrijpt ze weinig van de ingewikkelde plannen om de bestaande bouw te verduurzamen.

Landbouwgrond wordt tien keer meer waard als je er bouwgrond van maakt”

“Ik ben niet tegen, maar ik denk gewoon dat het anders kan. In een van de achtergronddocumenten van het Klimaatakkoord staat één zin waar wij ons op baseren: 'Als we één miljoen nieuwe huizen van hout bouwen, besparen we 160 procent van totale CO2-opgave voor de bestaande gebouwde omgeving.' Dat is gigantisch, maar is niet verder opgepakt. Dus nu zijn honderdduizend mensen bezig met allemaal kleine stapjes, maar de grote kans is gemist, ik mis het grotere plaatje en de visie.”

Hogere kosten? “Kan. Elk nieuw begin vraagt om een investering. Maar aan geld ligt het niet. Als de KLM in de problemen komt heeft de overheid ook 2 tot 4 miljard euro beschikbaar. En denk aan die 11,4 miljard die elk jaar de biomassa-oven ingaat. Belangrijk is dat we de opgaven bundelen. Dat is wat wij doen. We brengen de urgente opgave van de gedeputeerde die duizenden woningen moet bouwen concreet bij de gedeputeerde die CO2 moet besparen aan tafel.”

Hoezo een warmtepomp?

Pur en pir? Niet meer doen, vindt zij. Warmtepomp? Zonnepanelen? Suboptimaal als je niet begint met de wens om zo min mogelijk CO2 uit te stoten. “Steeds weer vliegen we problemen aan vanuit de techniek. Maar uiteindelijk gaat het om het hernieuwbare. De zon, het bos, hennep, vlas, stro. Die dragen pas echt bij aan het verminderen van de CO2-uitstoot.”

Sandra Nap en Kraak de crisis

Holland Houtland is winnaar van ‘Kraak de crisis’ van de Topsector energie. Sandra Nap (48) is een van de initiatiefnemers. Al jaren is ze actief met verduurzaming en transities voor bedrijven. Bijvoorbeeld met het stimuleren van elektrisch rijden bij Natuur & Milieu. En met haar bedrijf Link in Green ondersteunt ze bedrijventerreinen met de energietransitie. Nap was jarenlang verandermanager bij de Rijksoverheid.

Ze gaat de strijd niet uit de weg. ‘‘Stop met bouwen in beton, baksteen, staal en cement’’, is haar devies. “Als je daar nu niets aan doet, leg je weer voor 75 jaar geen CO2 vast en bespaar je niets. Dat is dus een suboptimale oplossing. Of ik daarmee een revolutie ontketen? Vast. Maar wij willen het perspectief kantelen.”

Naïef soms? “Ik ben naïef. Natuurlijk denken wij dat het gaat werken. Ik weet zeker dat vijftig procent van de nieuwbouw in 2030 biobased is. Zand en water worden steeds schaarser en op aardgas komt een CO2-heffing. In Engeland is houtbouw net zo duur als nieuwbouw.”

Alternatief

Branie heeft ze genoeg, maar ze wil niemand de oorlog verklaren, dat ligt niet in haar aard. Deze transitiemanager (zie kader) biedt bouwers en boeren een alternatief. 'Kan niet' komt dan ook niet in haar vocabulaire voor. Tegensputterende bouwers en boeren, ze wil ze met andere ogen laten kijken.

“Ik mag geen veeteelt meer, dat kan niet, zegt de boer. Gemakshalve is hij vergeten dat zijn wereld de afgelopen veertig jaar steeds veranderde. Melk werden varkens, varkens werden kippen. Boeren willen best veranderen, zolang ze maar bestaanszekerheid krijgen. Een uitkoopregeling is niet de oplossing, een nieuw verdienmodel wel.”

Vier procent landbouwgrond goed voor 40.000 huizen

Het is maar net hoe je het aanvliegt, gaat ze door: “Landbouwgrond wordt tien keer meer waard als je daar bouwgrond van maakt. Met die waardestijging kun je weer extra investeren in de natuur. En als je vier procent van de landbouwgrond inzet voor de teelt van hennep kun je elk jaar weer 40.000 huizen bouwen.”

Ook in de bouw komt ze de reflex tegen om maar niet te veranderen. Ze ziet de logica er niet van in. “Ze willen het oude beschermen en behouden. Waarom, denk ik dan. Waar ben je bang voor? 42 procent van de boeren leeft onder het bestaansminimum. De helft van de bouwers is al tien jaar bezig om failliet te gaan.”

Holland Houtland. De naam laat zich makkelijk verklaren. Hout is hot en ook Holland is in, ziet Nap, die het Nederlandse vlaggetje in coronatijd aan populariteit zag winnen. De eerste prijs is met ‘Kraak de crisis’ inmiddels binnen. De concrete projecten zijn in de maak met Topsector Energie.

Winnen en verliezen

“We zijn met verschillende partijen in gesprek. Met Topsector Energie en een gemeente en een corporatie bekijken we hoe we een appartementencomplex voor zestig woningen kunnen realiseren van biobased materiaal. Met een andere gemeente kijken we hoe we dertig woningen op laagveen kunnen bouwen. Wij broeden op de uitvraag. En we zijn dus ook bezig met ontwikkelaars, architecten en provincies. Dit is zo gaaf. We matchen bouwers aan architecten en krijgen overal enthousiaste reacties. Vooral als ze inzien: het is helemaal niet duurder of ingewikkelder.”

Nadelen ziet ze amper. “Natuurlijk zal een ontwikkelaar die altijd in beton bouwde in het begin verlies moeten nemen. Maar dit kun je op heel veel plekken doen. Wanneer wij klaar zijn? Als het kabinet ons idee omarmt. Wij willen de marktplaats voor biobased bouwen zijn, de Campina voor hout van de bouw. Iedereen die wil kan meedoen en het wordt heel laagdrempelig.”