Lenny Vulperhorst

Teksten in organisaties zijn vaak het resultaat van eindeloos miezemuizen en of polderen. Dat geldt zowel voor een personeelsreglement als voor een strategische nota. Om nog maar te zwijgen van jaarverslagen (die komen er bijna al weer aan) of jaarplannen (die hebben we als het goed is net gehad).
Een lezer attendeert me op een verhaal over woningtransacties in de wijk Kanaleneiland Utrecht. Het is gebaseerd op grondige onderzoeksjournalistiek van Follow the Money. De betrokken corporatiedirecteur heeft er zijn schouders al over op gehaald en de lokale SP-wethouders zegt van niets te weten.
Nog eenmaal de Cobouw 50. 2017. Die portrettengalerij: alleen maar (blanke) mannen. Niet eens één excuusvrouw. Direct schieten er allemaal gedachten door mijn hoofd. Waar zijn die vrouwen, die je wel op de opleidingen ziet?
Op de valreep las ik Cobouw 50. 2017. Las. Niet: bladerde door. Ik was benieuwd wat ons de komende jaren te wachten staat. Natuurlijk wordt er primair teruggeblikt door middel van de financiële 'prestaties', maar er wordt ook vooruitgekeken tot 2040. Tegelijkertijd las ik analyses van McKinsey over productiviteitsverbetering in de bouw, slimme gebouwen en bouwprocesorganisatie. Wat zou het toch mooi zijn als de meer journalistieke beelden (en opinies) gerelateerd zouden zijn aan op feiten gebaseerde analyses van de McKinsey's en aan onderzoek van kennisinstituten en universiteiten.
In december kunnen bedrijven bij mij een prikkelend sinterklaasgedicht voor het personeel bestellen. Een enthousiasmerende kerstboodschap of een kerstverhaal. Dat is weer eens wat anders dan een strategisch plan of een bedrijfsplan voor vier jaar. De verpakking maakt mij niet uit, dus ik lever. Vroeger deed de baas dat zelf, zo'n blije boodschap, maar daar is nu geen tijd meer voor.
Op 17 december 2010 belandde ik in een alles verlammende sneeuwstorm. Die begon in Arnhem, had een hoogtepunt rond Amsterdam (waar ik vanwege een logische staking van het treinverkeer een collega af moest zetten) en liet me niet meer los tot ik 40 kilometer verderop thuis was. Volgens mij duurde de reis een groot deel van de middag en avond. De Randstad liep vast. Die sneeuwbui was een mooi avontuur en zo praat ik er nog steeds over.
De Franse filosoof Bruno Latour stelt dat we de natuur niet meer aan onze kant hebben, maar dat die zich tegen ons keert. Lang konden mensen hun gang gaan en leek de natuur een onuitputtelijk absorptievermogen te hebben, maar intussen zijn onomkeerbare handelingen door mensen gedaan, waardoor een kritieke grens is overschreden.
Projectmanagement is een nogal blauw vak. Sturen op scope, budget, kwaliteit, draagvlak en planning legt het accent op beheersing. Op het vermijden van risico's. Geef een projectmanager een model met stoplichten en hij/zij kan aan de slag. Een programma managen is iets heel anders.
Het binnenhalen van het Europees Medicijnenagentschap (EMA) wordt gevierd als het veroveren van de zilvervloot. 900 werknemers. 30.000 internationale bezoekers. Wanneer het Europees Octrooibureau in Rijswijk de norm is dan hebben we het over een gebouw van bijna 100 miljoen euro. En over een woningvraag van minimaal 450 miljoen euro (als alle werknemers gemiddeld 500.000 euro uitgeven aan de aankoop van een huis).
Het is 11 uur 's avonds. Op een gesloten vliegveld in Oost-Engeland wachten we op de man die uit zijn bed gebeld moet worden om ons vliegtuig bij te vullen. Want helaas hadden we te weinig brandstof om de beoogde luchthaven te halen.