Beton is milieutechnisch beter dan hout

Beton is milieutechnisch beter dan hout

Beton draagt fors bij aan de wereldwijde CO2-uitstoot en geldt daarom als een grote milieuvervuiler. Terecht? Absoluut niet, zegt Betonhuis. Beton scoort minstens zo goed als het alom bejubelde cross laminated timber (CLT). "Flauwekul dat hout goed is en beton slecht."

Op zich heeft hij niets tegen hout als bouwmateriaal. “Maar als bouwen met hout tot in de Tweede Kamer en de Europese Commissie wordt gepromoot omdat het beter is voor het milieu slaan we de plank faliekant mis”, zegt Edwin Vermeulen, die voor Betonhuis - branchevereniging van de cement- en betonindustrie - in een studie de twee materialen vergeleek. “Hoog tijd om te kijken hoe de feiten echt liggen. Bouwen met beton is veel milieuvriendelijker dan veel mensen denken.”

CO2-emissie

De betonindustrie aanwijzen als grote boosdoener lijkt zo makkelijk. Je moet voor de productie van cementklinker, het meest milieubelastende bestanddeel, toch kalksteen winnen, vermalen en verhitten in een oven op pakweg 1500 °C? Klopt, maar toch zijn de cijfers helder, toont Vermeulen aan: beton draagt mede door het lage Nederlandse klinkergehalte voor slechts 1,6 procent bij aan de CO2-emissie in Nederland. En dat cijfer is inclusief de buitenlandse uitstoot als gevolg van de productie van cement en betonstaal.

Bouwen met beton is veel milieuvriendelijker dan veel mensen denken”

Dat is opmerkelijk weinig als je bedenkt dat driekwart van de massa van Nederlandse bouwmaterialen uit beton bestaat. Het tegenargument lijkt simpel: hout draagt toch helemaal niks bij aan de uitstoot van broeikasgassen? Daar zit volgens Vermeulen de grootste denkfout. Bouwen met hout gebeurt tegenwoordig vooral met CLT en dat is beslist niet onbewerkt. Kruislings verlijmen en lamineren van hout gebeurt met harsen waarin stoffen als polyurethaan en melamine-formaldehyde zijn verwerkt. Verder vraagt toepassing van CLT in gebouwen om aanvullende maatregelen om de brandwerendheid te vergroten.

“CLT is dus iets anders dan een vers gezaagde, heerlijk geurende balk, zo uit het bos.” De boom moet je eerst omzagen, waarna hij geen CO2 meer vastlegt. Daarna komen er zware machines aan te pas bij zagen, drogen en naar de plaats van bestemming brengen van het hout. Vermeulen: “Als je wilt dat hout CO2 vastlegt, moet je de boom in het bos laten staan. Hoe ouder een boom, hoe meer hij opneemt.”

Pontsteiger in aanbouw: het 90 meter hoge betonnen gebouw aan het water in de Houthaven van Amsterdam is vorig jaar opgeleverd.

Onafhankelijke onderzoeken

In zijn argumentatie gebruikt Vermeulen onafhankelijke onderzoeken uit België, Zweden en Noorwegen. De Noorse studie toont bijvoorbeeld aan dat beton qua CO2-uitstoot bij een appartementengebouw van zestien verdiepingen beter scoort dan CLT en ongeveer gelijk bij acht verdiepingen. Alleen bij lage gebouwen komt CLT in Noorwegen iets gunstiger uit de bus. En dan heeft het Noorse beton nota bene nog een 20 procent hoger klinkergehalte dan dat in Nederland.

Uit de onderzoeken blijkt bovendien dat beton op gebouwniveau vergelijkbaar of zelfs beter scoort dan CLT als het gaat om het energieverbruik. Verwarmen en koelen van een houten gebouw vergt namelijk meer energie dan een betonnen bouwwerk. Bij een houten woning zorgt de extra verwarming en koeling in vijftien jaar tijd voor net zoveel broeikasgassen als de productie van het beton voor een vergelijkbaar huis. Vermeulen: “Niet voor niets heeft de houtsector bij het ministerie van BZK gelobbyd om de eis voor Bijna Energie Neutrale Woningen (BENG) op te rekken voor hout. Die moest van 55 naar 60 kWh per vierkante meter per jaar. Anders halen ze het niet, door gebrek aan thermische massa.”

Milieukosten vergelijken op basis van een levenscyclusanalyse (LCA) kostte enige hoofdbrekens. Op basis van elf LCA-aspecten kun je in euro’s uitdrukken wat de compensatie van ongunstige milieueffecten kost. Maar in deze methodiek wordt lang niet alles gemeten, stelt Vermeulen. Winning van zand en grind gebeurt bijvoorbeeld lokaal en draagt bij aan toename van de biodiversiteit. Verder wordt feitelijk maar zo’n 25 procent van een boom daadwerkelijk gebruikt in houten producten met een lange levensduur. De gebruiksduur van beton wordt volgens hem te behoudend ingeschat: voor kantoren 50 jaar en voor woningen 75. “Ze gaan makkelijk een eeuw mee.” Vaak wordt ook voorbijgegaan aan het feit dat beton juist kooldioxide bindt. Dat snoept zo'n 23 procent af van de CO2-footprint van cement.

Oerdegelijk

Rest toch het akelige feit dat beton verantwoordelijk is voor liefst zeven procent van de wereldwijde CO2-uitstoot. Hoe kan dat nou, als het zo milieuvriendelijk is? Simpel, omdat we er zo ontzettend veel van gebruiken. “Daar kleeft een flink CO2-profiel aan”, zegt Vermeulen. “Beton is oerdegelijk, gaat heel lang mee en je kunt er veilig wolkenkrabbers, bruggen en viaducten mee bouwen. Daarom is de vraag enorm. Hoog tijd dat mensen gaan begrijpen dat beton niet alleen economisch en technisch beter dan hout is, maar ook milieutechnisch.”

De CO2-uitstoot moet wel verder omlaag, vindt de betonindustrie, juist vanwege het enorme betonvolume. De Europese industrie streeft daarom naar CO2-neutraal cement en beton in 2050.

Dit artikel is gesponsord door Betonhuis.

Foto's: Betonhuis

Van op naar in de stoep: AEC-granulaat als duurzame grondstof 

Van op naar in de stoep: AEC-granulaat als duurzame grondstof

Van je 'grijze afval' naar een stoeptegel. Een musthave met het oog op de circulaire economie, zou je denken. Maar er zijn ook aarzelingen bij het gebruik van nieuwe grondstoffen die afkomstig zijn van afval. Hoe geven we het dan toch waarde?

Op weg naar een watertransitie in de bouwsector  

Op weg naar een watertransitie in de bouwsector

Als het aan partners Waterzaak en GEP ligt, volgen we het voorbeeld van onze zuiderburen. In België is regenwater opvangen al meer dan 20 jaar de norm. In Nederland lopen wij flink achter. En dat terwijl de Waterwet uit 2009 stelt dat we regenwater moeten opvangen.

Gerhard Hospers

Greenworks: duurzaamheidslabel én kennispartner voor de bouw

De ideale comaker en kennispartner bij bouwprojecten: dat is Greenworks - het duurzaamheidslabel voor bouw- en installatiematerialen - in een notendop. Greenworks is onderdeel van BMN Groep, de grootste bouwmaterialenhandel in Nederland. Omdat circulair en biobased bouwen anno 2024 de norm is, manifesteert BMN Groep zich met Greenworks meer en meer als adviseur die de klant van a tot z ontzorgt, zegt Gerhard Hospers, manager ESG/Greenworks bij BMN Groep.

Foto: Shutterstock

Weinig vermindering CO2-uitstoot én weinig plannen daartoe in de bouwsector

De CO2-uitstoot van de bouwsector neemt nauwelijks af. Bovendien ontbreken concrete doelstellingen en plannen. Opvallend is dat de bouwmaterialenindustrie al wel het reductiedoel voor 2030 heeft bereikt.