Zo beperk je in de bouw de kans op een ongeval

Zo beperk je in de bouw de kans op een ongeval

Er gebeuren in Nederland steeds meer ongelukken op de werkplek en de bouwsector loopt voorop als het gaat om dodelijke ongevallen. Reden om nog eens goed te kijken naar wat je als werkgever allemaal kunt doen om de kans op een ongeluk te minimaliseren. Want het kan bij de meeste bedrijven veel beter!

Het aantal ongevallen op het werk neemt toe. In 2018 kreeg de Inspectie SZW 4.368 meldingen binnen van arbeidsongevallen: 4% meer dan een jaar eerder. Er waren 70 ongevallen waarbij een of meer dodelijke slachtoffers vielen. De bouw is de bedrijfstak waar de meeste dodelijke ongelukken gebeuren. Vorig jaar kwamen in de bouw 20 mensen om bij een ongeval.

Groot risico, zéker bij kleinere bedrijven

De bouw is dus een risicosector, en bij kleine bouwbedrijven zijn de risico’s helemaal groot. Want bij bedrijven met minder dan 10 werknemers zijn elk jaar per honderdduizend werknemers 67 mensen betrokken bij een ongeval. Bij middelgrote en grote bedrijven ligt dat aantal op respectievelijk 46 en 11 personen. Gebeurt er een ongeval in je bedrijf, dan kun je als werkgever aansprakelijk worden gesteld als je niet genoeg hebt gedaan om medewerkers tegen gevaar op de werkvloer te beschermen. Je bent ook aansprakelijk als je er niet genoeg op hebt gelet of medewerkers de veiligheidsvoorschriften wel naleven. Kortom, er is alle reden om het ongevallenrisico héél serieus te nemen en de onderstaande tips op te volgen.

Tip 1: wees bewust van de risico’s

De eerste stap is dat je je goed bewust wordt van wat je zelf allemaal kunt doen. Ongevallen ontstaan namelijk vaak doordat de juiste veiligheidsmaatregelen niet worden genomen, concludeert de Inspectie SZW.

Er zijn diverse oorzaken voor het grote aantal ongevallen op de bouwplaats, zoals de volgende:

  • bij zowel de werkgever als de werknemer is er te weinig kennis over welke maatregelen je moet nemen;
  • de arbeidsmarkt wordt flexibeler: meer oproepkrachten;
  • er komen nieuwe risicovolle werkzaamheden bij, zoals het plaatsen van zonnepanelen en windmolens;
  • de krapte op de arbeidsmarkt is groot: dat betekent langere werktijden en lager gekwalificeerd personeel.

Tip 2: denk aan je plichten en neem voorzorgsmaatregelen

Zeker kleinere bedrijven zijn zich nog onvoldoende bewust van die toenemende risico’s. Vier op de vijf kleinere bedrijven voldoet niet aan de wettelijke plicht om een Risico-inventarisatie en -Evaluatie (RI&E) uit te voeren, een preventiemedewerker te benoemen, een contract met een arbodienst af te sluiten en bedrijfshulpverlening te organiseren.

Contracteer een arbodienst

Als werkgever ben je verplicht om een basiscontract te hebben met een arbodienst. De begeleiding van een zieke werknemer moet worden uitgevoerd door een bedrijfsarts (al dan niet aangesloten bij een arbodienst). Die arts heeft nu een sterkere rol dan voorheen. Zo moet hij toegang hebben tot de werkvloer en heeft hij een duidelijke adviesrol. De bedrijfsarts moet verplicht een open spreekuur bieden en het recht op een second opinion ter sprake brengen.

Maak een RI&E

In de Arbowet is vastgelegd dat iedere werkgever – hoe klein ook – moet beschikken over een actuele Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E), met een plan van aanpak. Daarin moet staan welke maatregelen nodig zijn om gesignaleerde risico’s te verkleinen en wanneer die maatregelen genomen worden. Verandert er iets aan de werkwijze, de omstandigheden of de techniek? Dan moet de RI&E daar direct op worden aangepast.

Wijs een preventiemedewerker aan

Elke werkgever moet minimaal één werknemer aanwijzen en opleiden voor de functie van preventiemedewerker. De andere medewerkers moeten het met die benoeming eens zijn.  Deze medewerker ondersteunt de werkgever bij de zorg voor de dagelijkse veiligheid en gezondheid. Bij bedrijven met maximaal 25 werknemers mag de werkgever zelf de preventietaken op zich nemen. De taken van een preventiemedewerker zijn erop gericht om ongevallen en verzuim te voorkomen.

Zorg voor BHV’ers

Een werkgever is ook verplicht om een of meer bedrijfshulpverleners (BHV’ers) te hebben in het bedrijf. Zij kunnen meteen handelen als er iets gebeurt. BHV’ers moeten worden getraind in eerstehulpverlening, het bestrijden van beginnende branden en het ontruimen van gebouwen en terreinen.

Tip 3: neem kennis van initiatieven uit de branche en zorg voor regels en voorschriften

Er zijn initiatieven in de bouw om de veiligheid te vergroten. Zo hebben Bouwend Nederland, Aannemersfederatie Nederland, de Vereniging van Waterbouwers, NVB, CNV en FNV Bouwspraak een universele gebarentaal ontwikkeld waarmee werknemers op de bouwplaats met elkaar kunnen communiceren. De gedachte erachter is dat gehoorbescherming en de verscheidenheid aan nationaliteiten in de bouw het vaak lastig maken om elkaar te verstaan. Handgebaren en borden kunnen helpen om elkaar te behoeden voor een ongeval. Kijk op www.bouwspraak.nl voor meer informatie.

Daarnaast is sinds 1 april 2019 op veel bouwplaatsen een certificaat Generieke Poortinstructie verplicht. Iedereen die op de bouwplaats werkt moet jaarlijks een online toets afleggen om het certificaat geldig te houden. Dat moet veilig gedrag op de werkplaats bevorderen. De werkgever en de werknemer moeten samen zorgen dat ongevallen zo veel mogelijk worden voorkomen. Zorg dus voor duidelijke regels en voorschriften voor veiligheid op de werkvloer en controleer ook of de regels worden nageleefd.

Tip 4: beperk de financiële gevolgen van een ongeval

Preventie is ook zorgen dat de (financiële) gevolgen van een ongeval zo klein mogelijk blijven. Daar zijn specifieke verzekeringen voor:

De verzuimverzekering

Deze verzekering neemt de verplichte loondoorbetaling over als een werknemer is uitgeschakeld door ziekte of letsel.

De collectieve ongevallenverzekering

De ongevallenverzekering keert een bedrag uit aan een werknemer die arbeidsongeschikt raakt door een ongeval. Zo’n verzekering kan helpen om de werknemer weer aan de slag te krijgen, bijvoorbeeld met een vergoeding voor de kosten van omscholing of aanpassing van de werkplek. Is het een dodelijk ongeval, dan krijgen de nabestaanden een uitkering.

Tip 5: houd een ongevallenregister bij

Hoe serieus je het risico ook neemt, een ongeval is nooit volledig uit te sluiten. Gaat het toch fout, dan ben je verplicht een ongevallenregister bij te houden. Dit is een lijst waarin arbeidsongevallen worden vastgelegd die hebben geleid tot verzuim van meer dan drie werkdagen. Je moet minimaal de aard en datum van het ongeval registreren. Zo kun je bedrijfsongevallen en eventueel ook bijna-ongevallen analyseren om herhaling te voorkomen.

Tot slot

Natuurlijk weet je allang dat het fout kan gaan. Maar het is toch raadzaam om er eens goed voor te gaan zitten en na te gaan in hoeverre je de bovenstaande tips nog niet hebt opgevolgd. In het belang van je medewerkers, hun gezinnen en natuurlijk óók van jezelf en je bedrijf.

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met De Goudse Verzekeringen.