Stadskranen werden sinds de vijftiende eeuw gebruikt om goederen uit schepen op te takelen naar het straatniveau, onder meer langs de Oudegracht. De schepen kwamen het centrum van Utrecht binnen via de Vecht (noorden) of de Vaartsche Rijn (zuiden).
Het raderwerk van de kraan werd aangedreven door twee grote tredraderen. De ‘craenkinderen’ die daarin liepen, brachten de zaak in beweging. Deze ‘craenkinderen’ waren overigens geen echte kinderen, maar volwassenen die waren georganiseerd in een vakvereniging.
De Domstad had meerdere kranen, maar de kraan bij de Ganzenmarkt was de belangrijkste: deze kraan stond het dichtst bij de waag. Kooplieden moesten hier hun goederen laten wegen, zodat bepaald kon worden hoeveel belasting betaald moest worden. Na de betaling werden de goederen verspreid over de stad. De kraan aan de Ganzenmarkt stortte in 1837 in: dat gebeurde tijdens het hijsen van een gietijzeren beeld, een van de vier ‘Britsche hoeren’. Deze vrouwenbeelden sierden de voorgevel van warenhuis ‘De Winkel van Sinkel’. Bij het ophijsen van de laatste Britsche Hoer brak het bovenste gedeelte van de stadskraan af en viel met beeld en al in het water van de Oudegracht.
Voor de bouw is minimaal twee jaar uitgetrokken, zegt Dimitri Marangos. Opdrachtgever Stichting Stadskraan Utrecht wil de kraan tot in detail en op authentieke wijze herbouwen. Erik Meulenbelt van Naked architecture is hiervoor aangetrokken als architect. De kraan wordt van eikenhout gemaakt en is zo’n zes meter breed, Het hoogste punt – de bovenkant van de giek – is 13.50 meter. Omdat er geen bouwtekeningen van de stadskraan beschikbaar waren, zijn er bouwtekeningen gemaakt op basis van oude prenten. Dat is gedaan met behulp van een monumentenadviesbureau dat gespecialiseerd is in de bouw van windmolens. Marangos: “Niet toevallig, want de kraan heeft veel weg van een molen. Het onderste gedeelte bestaat uit een zeskant met stijlen, vergelijkbaar met dat van een grondzeiler. Er komt ook een soort mast in het bouwwerk, net als de spil in een molen. Boven die spil komen echter geen tandwielen, maar een giek.” Een van de grotere uitdagingen zijn de pen en gat verbindingen, aldus Marangos. In de werkplaats worden de stijlen gemaakt, om vervolgens op locatie in elkaar te worden gezet. “De stijlen staan onder verschillende hoeken, dat maakt het ingewikkeld.”
In elk geval heeft Marangos meer dan voldoende ervaring met het bouwen van houten historische objecten. Zo was hij betrokken bij de herbouw van onder meer een Romeins schip, een Romeinse wachttoren, een schaapskooi en het schip Statenjacht De Utrecht. Ook heeft hij ruim twee jaar als molenmaker gewerkt in Kinderdijk. De leermeester verwacht dat het hout binnen nu en vier weken wordt geleverd, zodat daadwerkelijk kan worden begonnen met de bouw van de stadskraan.
Marangos vindt het een prachtig project en niet alleen vakinhoudelijk. Er is namelijk ook een belangrijke rol weggelegd voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Zij worden door hem opgeleid en begeleid. “Het is de bedoeling dat we in totaal 20 leerlingen aan het werk hebben, verspreid over twee jaar of meer. Dat zijn mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, of mensen die zich willen laten omscholen. Een vrouw heeft bijvoorbeeld haar hele leven les gegeven, maar wilde graag iets met haar handen doen. Ze is welkom. Dat vind ik het allerleukste: het opleiden van mensen.” De leermeester hoopt op deze manier een bijdrage te kunnen leveren aan het oplossen van het tekort aan vakmensen zoals timmerlieden.
Plaats: Utrecht
Opdrachtgever: Stichting Stadskraan Utrecht
Ramingsgroep: tussen 125.000 en 500.000 euro
Nummer: 499962
Uitgebreide informatie over dit project zien, inclusief alle contactpersonen en marktpartijen? Bekijk dit project op bouwberichten.nl. Heeft u een inhoudelijke vraag of opmerking, neem dan contact op met het redactieteam van Cobouw Bouwberichten: content@vakmedianet.nl