Menig collega legt het loodje en jullie beginnen voor jezelf. Leg eens uit.Doede van der Werff: “Ik zit nu zo’n twintig jaar in het vak. Heb gewerkt als werkvoorbereider en projectleider en de laatste tien jaar zat ik bij een aannemer. Daar deed ik al veel eigen projecten. Op een gegeven moment dacht ik: wat ik voor hem doe, kan ik ook voor mezelf.” Louise de Haan: “Het voelde als een logische stap.” Doede: “Ik had vertrouwen in de relaties die we al hadden. En het was een cruciaal moment. We zijn alletwee 43, over tien jaar doe je dit niet zo snel meer.”

Een echt aannemersechtpaar?

Louise de Haan: “Ik heb jaren in de marketing en voorlichting gewerkt, bij de Kamer van Koophandel en een hogeschool.” Doede: “Dus het leek een mooie combinatie, ik de technische kant, de acquisitie en calculatie en jij het management.” Louise: “Ik doe de financiële en persoonsadministratie. We hebben nog geen advertentie gezet. Het werk komt op ons af via mond-tot-mondreclame. Doede: “Tot de zomer zitten we vol. Onderhoud en verbouw zijn van alle tijden. ”

Hoe zijn jullie begonnen?

Doede: ´We hebben een loods van 550 vierkante meter gehuurd en het complete machinepark opgekocht van een collega die stopte. Vorige week was het openingsfeestje. We willen openheid en transparantie uitstralen.

Welke klussen doen jullie?

Doede: “In principe alles. Ons eerste project was de nieuwbouw van het visrestaurant in Lauwersoog. Maar we zijn gespecialiseerd in onderhoud, renovatie en restauratie van monumenten, zoals kerken. Momenteel zijn we bezig met de renovatie van de pastorie in Veenwouden, uit 1870. En de Roomskatholieke pastorie in Dokkum doen we ook. In onderhoud is nog voldoende werk. Vooral voor een klein bedrijf als dat van ons. Vijftig klusjes van 5000 euro is ook 2,5 ton. Grootschalige projecten laten we over aan de grote bouwbedrijven. We hebben zeven echte vakmensen in dienst.”

Willen jullie nog doorgroeien?

Doede: “Meer dan twaalf werknemers willen we niet hebben. Dan word je alweer te groot en kunnen we de vereiste kwaliteit niet meer leveren. Mijn klanten waarderen het juist dat ze met de baas kunnen overleggen. Word je groter, dan ben je meer aan het managen en dan moet je weer een teamleider gaan aanstellen. Dat wil ik niet.”