Nico Rietdijk
directeur NVB Vereniging voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers
directeur NVB Vereniging voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers.
directeur NVB Vereniging voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers
directeur NVB Vereniging voor Ontwikkelaars & Bouwondernemers.
Bijna 40 jaar geleden stond ik als jonge vent op het punt om samen met mijn vrouw ons allereerste huis te kopen. Een koopappartement in Den Haag, met vier kamers inclusief woonkamer. "Heeft u kinderen?" vroeg de makelaar. "Nóg niet", zeiden wij naar waarheid. "Dan mag ik u geen woning met vier kamers verkopen. Drie kamers is hier zonder kinderen echt het maximum." Wij wisten niet wat wij hoorden. Deze betuttelende maatregel was toentertijd het gevolg van de enorme schaarste op de huizenmarkt. Het was er eentje in de categorie 'pleisters plakken'.
Nu de economie eindelijk weer lekker op toeren is, begint één van de zijmotoren, de woningmarkt, te sputteren. De broodnodige brandstof in de vorm van voldoende (nieuwbouw)woningen begint op te raken.
We moeten met z'n allen flink groener worden. Het nieuwe kabinet heeft ervoor zelfs een stip op de horizon gezet. In 2050 leven we met elkaar in een CO2- neutrale leefomgeving. Om dat doel te bereiken zijn de nodige piketpaaltjes reeds in de grond geslagen. Waar het om gaat, is dat we de komende jaren flink wat werk gaan verzetten. En terecht.
We worden de laatste tijd opgeschrikt door uit de bocht vliegende wagentjes op de kermis met soms nare ongelukken tot gevolg. Uit voorzorg sluiten pretparken dergelijke attracties totdat duidelijk is dat ze veilig zijn. Maar liefhebbers van een adrenalinekick kunnen tegenwoordig ook op de woningmarkt terecht. Deze gaat immers van diepe dalen met nauwelijks vraag tot skyhigh met veel vraag, nauwelijks aanbod en exploderende prijzen. Wie nu op zoek is naar een nieuw koophuis, kan uit amper twee kiezen. Nog niet zo gek lang geleden waren dat er nog tien. We spreken dus van een extreem krappe woningmarkt die verre van gezond is.
De zorgen die provincie- en gemeentebestuurders buiten de Randstad hebben, doen mij denken aan de zorgen van onze stadsbestuurders zo'n dertig jaar terug. We kunnen het ons bijna niet meer voorstellen, maar zeker de grote steden dreigden in de jaren tachtig leeg te lopen.
Het zijn weer hoogtijdagen op de woningmarkt. Onlangs meldde makelaarsorganisatie NVM enthousiast dat "makelaars nooit eerder in één jaar tijd bijna 165.000 woningen van eigenaar hebben helpen wisselen".
De crisis op de woningmarkt is nog maar net voorbij, of diezelfde woningmarkt dreigt alweer oververhit te raken. De huizenprijzen stijgen hard. Vooral in onze hoofdstad is er sprake van een complete 'gekte' op de woningmarkt.
Geen onderwerp houdt me deze maanden zo bezig als de woningmarkt. Kennelijk mij niet alleen. Ook minister voor Wonen, Stef Blok, maakt zich zorgen.
Lang leve de lage rente. De lage hypotheekrente heeft er voor gezorgd dat de woningmarkt in relatief korte tijd enorm is aangetrokken. De Thermometer Koopwoningen, die NVB pas heeft uitgebracht, laat dan ook klinkende cijfers zien.
Een poosje terug wilde een goede kennis van ons een bergruimte bij zijn huis kopen. Met wat eigen geld en een relatief klein bedrag, dat extra van de bank moest worden geleend, zou de koop snel rond moeten zijn. Het huis, waarvan de hypotheek goeddeels was afbetaald, zou door toevoeging van de bergruimte ook nog eens flink in waarde stijgen.