Denken over circulariteit wint snel terrein

Denken over circulariteit wint snel terrein

Om circulair te bouwen moeten niet alleen ontwerpprocessen anders, maar ook productiefaciliteiten en daaruit voortvloeiende afvalstromen. Bij Jan Snel in Montfoort weten ze er inmiddels alles van, zo vertelt Projectleider Circulariteit Daan Kosterman.

Als het aan onze overheid ligt, is de Nederlandse economie in 2050 geheel circulair. Dan moeten alle in de bouw gebruikte materialen na ontmanteling van een gebouw herbruikbaar of hernieuwbaar zijn. Voorwaar een enorme opgave, want de bouwsector zorgt in zijn eentje bijna voor de helft van de Nederlandse afvalproductie. Werk aan de winkel dus.

Jan Snel, specialist in modulair bouwen, biedt het antwoord op deze uitdaging. In hoog tempo wordt gewerkt aan het realiseren van een 100 procent circulaire productie. Jan Snel neemt daarbij alle facetten onder de loep: van engineering, energieverbruik, transport en procesverbetering tot de samenwerking met partners. Dat is namelijk wat we eigenlijk willen: een bouwproduct dat tot het einde der tijden kan worden hergebruikt of hernieuwd.

Flexibel bouwen

De Cobouw staat er de laatste tijd vol mee: artikelen over flexibel bouwen. Jan Snel is daar al jarenlang voortrekker van. Het is een belangrijk stap in het bereiken van circulariteit, want het maakt productieprocessen en afvalstromen beter beheersbaar dan bij het traditionele op locatie bouwen. Maar ook bij flexibel bouwen liggen er nog ‘circulaire’ vraagstukken. Kosterman licht dat graag toe: “Wanneer je in de fabriek complete units naar eigen ontwerp kunt bouwen, schakel je niet alleen de invloed van weer en wind uit, maar kun je ook veel beter de materiaalstromen controleren, zowel ingaand als uitgaand. Ingaand betekent: beter opletten welke materiaalcombinaties je kiest.”

Ons afval wordt continue geanalyseerd, waardoor we steeds beter hebben leren te scheiden”

Ecochain

Om het milieueffect voor zowel de grondstoffen, materialen als gebouwen volledig inzichtelijk te kunnen maken én vergelijken, gebruikt Jan Snel het softwareplatform Ecochain. Het bedrijf stimuleert hiermee ook, dat de partners binnen de gehele productieketen circulariteit nastreven. De berekeningen laten zien, dat Jan Snel in staat is de CO₂-uitstoot ten opzichte van traditionele bouw met maar liefst 50 procent te verlagen. Dit resultaat is te danken aan de modulaire bouwmethode die wordt gebruikt en aan de maatregelen op het gebied van circulariteit en duurzaamheid.

Afvalstromen beheersen

Kosterman wijst er op dat de teamleiders in de zestien productiehallen van Jan Snel in Montfoort nauw zijn betrokken bij het circulair maken van de units. Ze denken volop mee over zaken als het afvalbeleid en hoe dat te verbeteren. Kosterman: “Hun teams weten welke bouwmaterialen tot veel restmaterialen leiden. Dit is een leerproces geweest, waardoor we nu ons afvalstromen veel beter scheiden.”

Circulair bouwen betekent op fabrieksniveau het zo goed mogelijk beheersen van de afvalstromen: van betonresten, metalen en isolatiemateriaal tot chemisch afval en dergelijke. Bij Jan Snel wordt daarvoor steeds nauwer samengewerkt met de bedrijven die de restmaterialen ophalen om te recyclen. Met goed resultaat, aldus Daan: “Ons afval wordt continue geanalyseerd, waardoor we steeds beter hebben leren te scheiden. We zijn nu zover dat ruim 75 procent van ons restmateriaal goed kan worden verwerkt. Het zou nog mooier zijn wanneer de afvalverwerkers onze restmaterialenstromen helemaal in beheer zouden nemen. Met hun kennis en ervaring kan dat versneld tot een nog verdere vermindering leiden.”

Milieu-impact

Het is al vaker gezegd: om volledig circulair te kunnen bouwen is kennis van de milieu-impact van materialen en techniek van groeiend belang. Daan Kosterman beseft dat als geen ander: “We hebben nu al zo’n vijftig LCA’s (levenscyclusanalyses) in bezit en maken regelmatig gebruik van de Nationale Milieudatabase van Stichting Bouwkwaliteit. Al die informatie maakt het ons mogelijk om materialen toe te passen met een lage milieu-impact. Dat zorgt ervoor dat we interne en externe discussies over duurzaamheid en circulariteit steeds beter kunnen winnen. Jan Snel is weliswaar een grote organisatie, maar met korte lijnen. Beslissingen zijn snel te nemen: als iets moet, dan gaat het gebeuren en circulariteit is daarvan een treffend voorbeeld.”


Voorbeeld van een door Jan Snel gerealiseerd modulair-circulair project: Wasa Student Village. Het betreft 358 studentenwoningen voor jongeren, studenten en statushouders in Amsterdam Sloterdijk. Het is vanuit de gemeente Amsterdam tezamen met eigenaar WASA en vastgoedbeheerder Camelot opgezet. Architectenbureau Studio Selva heeft een duurzame en modulaire constructie voor de wooneenheden ontwikkeld, waarbij de constructie herbruikbaar is. Beeld: Jan Snel

Dit artikel is gesponsord door Jan Snel.

Koert Terhürne: ‘Sociale duurzaamheid gaat over meer dan het realiseren van huizen.’

Dura Vermeer: 'Naast klimaat óók het goede doen voor de mens'

Dura Vermeer heeft een ambitieuze missie: Net Zero in 2050. Maar duurzaamheid is meer dan CO₂-reductie. Met een integrale blik op de maatschappelijke opgave wil Dura Vermeer het goede doen voor aarde én mens. In dit interview deelt Koert Terhürne, directievoorzitter van Dura Vermeer Divisie Bouw en Vastgoed, hoe het bedrijf inzet op sociale impact en het creëren van toekomstbestendige leefomgevingen.

Van op naar in de stoep: AEC-granulaat als duurzame grondstof 

Van op naar in de stoep: AEC-granulaat als duurzame grondstof

Van je 'grijze afval' naar een stoeptegel. Een musthave met het oog op de circulaire economie, zou je denken. Maar er zijn ook aarzelingen bij het gebruik van nieuwe grondstoffen die afkomstig zijn van afval. Hoe geven we het dan toch waarde?

Op weg naar een watertransitie in de bouwsector  

Op weg naar een watertransitie in de bouwsector

Als het aan partners Waterzaak en GEP ligt, volgen we het voorbeeld van onze zuiderburen. In België is regenwater opvangen al meer dan 20 jaar de norm. In Nederland lopen wij flink achter. En dat terwijl de Waterwet uit 2009 stelt dat we regenwater moeten opvangen.

Gerhard Hospers

Greenworks: duurzaamheidslabel én kennispartner voor de bouw

De ideale comaker en kennispartner bij bouwprojecten: dat is Greenworks - het duurzaamheidslabel voor bouw- en installatiematerialen - in een notendop. Greenworks is onderdeel van BMN Groep, de grootste bouwmaterialenhandel in Nederland. Omdat circulair en biobased bouwen anno 2024 de norm is, manifesteert BMN Groep zich met Greenworks meer en meer als adviseur die de klant van a tot z ontzorgt, zegt Gerhard Hospers, manager ESG/Greenworks bij BMN Groep.