Dat ze na de middelbare school koos voor een technische opleiding, had vooral te maken met het enthousiasme van haar scheikunde- en natuurkundeleraren. “Op mijn zeventiende was ik echt nog niet bezig met een baan of beroep. Wat ik wel wilde, was mezelf nuttig maken voor de wereld”, herinnert Annemieke Nijhof zich. Na drie dagen op de Twente Campus (waarvan haar docenten hadden gezegd “dat is echt iets voor jou”), koos ze voor de chemische technologie.
Ze vond een eerste baan in de bodemsanering. Bij ingenieursbureau Tauw. Zelf vindt ze dat ze enorm geluk heeft gehad met die eerste baan. “Ik viel op de ambitie van het bedrijf. Met hun wil om te innoveren, wisten ze een snaar te raken. Vernieuwing in de sector en in de technologie zijn enorm belangrijk om de grotere, maatschappelijke vraagstukken aan te pakken. Bij Tauw kreeg ik de ruimte om te innoveren, de vrijheid om mijn eigen prioriteiten te bepalen en tegelijkertijd was er een vangnet met ervaren mensen. Dat geeft je zelfvertrouwen.”
Meester en gezel
Nu bestaat haar werk vooral uit anderen te laten groeien. CEO is een functie waarvan ze zegt: “mijn belangrijkste taak is om mensen op hun plek te krijgen. Benaderbaar zijn voor je mensen.” Dat illustreert ze met een voorbeeld. “Ik ontving laatst nog een e-mail van een medewerker die niet goed wist hoe hij zijn loopbaan moest voortzetten. Die vroeg me om advies. Daar maak ik dan gerust tijd voor vrij. Ik heb lang met deze medewerker gesproken. Het is in mijn ogen het belangrijkste onderdeel van mijn werk.”
Toch ziet Nijhof om zich heen ontwikkelingen die haar zorgen baren. “In de hele bouwsector zie je de tarieven onder druk staan. De verschillende overheden geven nog steeds niet het goede voorbeeld en selecteren op de laagste prijs. Daarmee lok je een tarievenoorlog uit.” En dat heeft directe invloed op de ontwikkeling van mensen in de sector.
“Kijk,” stelt Nijhof, “Wat iedereen lijkt te vergeten is dat een uurtarief van een ingenieursbureau als Tauw niet louter en alleen bestaat uit de directe kosten van de persoon die je inhuurt. Daar werkt ook – en dan refereer ik even aan mijzelf van twintig, vijfentwintig jaar geleden – een jong, net afgestudeerd meisje. Iemand die het vak nog in de vingers moet krijgen. Iemand die wordt begeleid door een meer ervaren collega. Als een meester en een gezel. Als daar geen geld meer voor is, dan hol je alles uit. Terwijl iedereen weet dat het grootste deel van het leerproces in onze sector on the job plaatsvindt.”
Diversiteitsambassadeur
Dat ze vorig jaar is uitverkozen tot Topvrouw van het jaar vindt ze leuk. “Mijn drijfveer is diversiteitsambassadeur te zijn. En dat kan ik met zo’n titel extra goed zijn. Voor de sector – nog steeds een mannenwereld – is het ook leuk. Ik wil best een reclamebord zijn. En dat je erop wordt aangesproken begrijp ik. Dat is onderdeel van zo’n prijs.” Maar diversiteit gaat voor haar verder dan het voorbeeld geven aan vrouwen in de wereld van de techniek. “Diversiteit heeft ook te maken met de achtergrond, competenties en de persoonlijkheid van mensen.” Sinds haar aanstelling als CEO bij Tauw heeft het bedrijf bewust gekozen voor een grotere diversiteit onder de medewerkers. Daartoe is een aantal programma's opgezet. Nijhof: “Ingenieursbureaus hebben van oudsher een sterke, eigen cultuur. Bij Tauw was dat niet anders. Toch hebben we in deze tijd behoefte aan verandering, hebben we andere competenties en talenten nodig om vanuit de klant te kunnen denken. Maar een cultuur veranderen is als het sleutelen aan DNA, dat doe je niet zomaar. Daarvoor hebben we trajecten opgezet, onder de noemer van Tauw University.”
Tauw University
De noemer Tauw University omvat het volledige opleidingsprogramma van Tauw. Dat bestaat uit drie onderdelen: de permanente beroepsontwikkeling voor de medewerkers van Tauw, de traineeships voor nieuwe medewerkers en de trainingen die Tauw verzorgt voor derden (opdrachtgevers en klanten). Voor medewerkers van Tauw is een deel van de opleidingen verplicht, maar er is ook een aanbod aan opleidingen en cursussen voor persoonlijke ontwikkeling en interesses. De vakkennis wordt gedoceerd door medewerkers die voorop lopen in hun vakgebied. Met externe docenten worden nieuwe onderwerpen geïntroduceerd.
Een andere investering doet Tauw met het Innovatiebudget. Daar kunnen alle medewerkers aanspraak op maken, als zij een idee hebben om de bedrijfsvoering te optimaliseren, een bepaalde technologie nader te onderzoeken of een product te ontwikkelen. Goed onderbouwde plannen kunnen vanuit dit innovatiebudget een medewerker de tijd en middelen geven om een idee verder uit te werken en aan de markt te toetsen.
Enthousiaste bruggenbouwers
Een van de onderdelen van Tauw University zijn de traineeships, waarvan de vierde lichting momenteel net is begonnen. In anderhalf jaar tijd zien de (meestal pas afgestudeerde) kandidaten drie verschillende bedrijfsonderdelen. “Op die manier leren ze verschillende disciplines binnen Tauw en verschillende typen opdrachtgevers kennen”, vertelt Nijhof. “We hebben bij de selectie van de kandidaten bewust gestuurd op andere opleidingen en nieuwe competenties.” De trainees krijgen tijdens het traject intensieve begeleiding, aanvullende opleiding en coaching.
Nijhof: “We hebben de trainees als een aparte groep laten opereren, zodat hun positie voor de overige medewerkers duidelijk was en op geen enkele manier bedreigend. Na hun traineeship bleken deze ‘nieuwe’ medewerkers echte bruggenbouwers te zijn tussen de verschillende afdelingen binnen het bedrijf. Dat heeft de organisatie in positieve zin in beweging gebracht.”
Waren de eerste trajecten met trainees nog voor hbo/wo-afgestudeerden, nu is er ook een traineeship voor mbo-afgestudeerden en een traineeship ‘International’ (waarin de kandidaten bij de verschillende internationale onderdelen van Tauw hun opleidingstraject volgen). “We zijn echt verrast door het grote enthousiasme vanuit de arbeidsmarkt voor deze opzet”, vertelt Nijhof. “Tauw trekt hierdoor andere mensen met andere ambities aan. In één klap haal je veel talent in je bedrijf.”
Het goud binnen je organisatie
Er is een ontwikkeling op de arbeidsmarkt waar de topvrouw zich zorgen over maakt: “De ongebreidelde groei van het aantal zzp’ers. Oftewel, professionele krachten zonder enige organisatiegraad.” Niet dat die nog immer groeiende groep flexibele medewerkers daar zelf iets aan kan doen. Nee, het ligt volgens Nijhof aan de bedrijven die met een steeds kleinere groep vaste medewerkers proberen zo lean and mean mogelijk te werken. En dan is er ook de overheid, die met wetgeving in woord en daad de voordelen van het zzp-schap predikt.
Nijhof kan zich storen aan een samenleving waarin lacherig wordt gedaan over vijfentwintigjarige of zelfs veertigjarige dienstverbanden. Alsof iedereen die zo lang voor dezelfde baas werkt niet meer van deze tijd is, nooit iets heeft bijgeleerd of te lui was om naar een andere betrekking uit te kijken. “Die mensen moet je juist koesteren!”, dat wil Annemieke Nijhof graag meegeven, “Juist die mensen zijn het goud binnen je organisatie. Bij hen zit institutioneel geheugen en langjarige kennis!” Nijhof is stellig in haar beweringen. “Ik vind het een nachtmerrie, een toekomstbeeld met alleen maar zzp’ers. Uiteindelijk valt het systeem hierdoor vroeger of later uiteen.”
Samen tegen het wassende water
In de wereld van ingenieursbureaus is samenwerking tegenwoordig aan de orde van de dag, een verandering ten opzichte van zo'n vijfentwintig jaar geleden. Bij grote tenders werkt Tauw regelmatig samen met andere bureaus en Nijhof ziet dat als een positieve ontwikkeling. “Soms moet je de koppen samen steken om een bepaalde opdracht aan te kunnen pakken. Zolang je elkaar ziet als aanvulling en niet als bedreiging, kan zo’n samenwerking heel mooi zijn. Bovendien gun je je medewerkers op deze manier een fantastisch project waarbij ze veel kunnen leren van de andere bureaus.”
Ondanks het feit dat het allemaal weer wat aantrekt, denkt Nijhof dat de echte hoogtijdagen in de bouwsector voorgoed achter ons liggen. “We zullen anders moeten gaan werken. Er moet voor alle schakels in de keten genoeg overblijven om je werk te kunnen blijven doen. Bij Tauw werken we het liefst in netwerkverband. Gezien waar we vandaan komen – de wereld van de waterschappen – niet zo vreemd. Daar was het nooit: ‘we moeten winnen’. Nee, we willen juist samen winnen. Van het wassende water.”
Vooruit kijken met Bouwcampus
De wens om samen te werken is de belangrijkste reden om een voortrekkersrol op te eisen in de Bouwcampus, waar overheid en bedrijfsleven samen de bouw beter willen maken. Nijhof noemt het een ‘experimentele vrijplaats buiten je eigen organisatie, een ontmoetingsplaats met vakgenoten om met grensverleggende projecten grote maatschappelijke thema’s aan te pakken’. Voor Nijhof zijn de bijeenkomsten van de Bouwcampus ook een goede gelegenheid om nieuwe mensen te ontmoeten en zich te laten informeren over innovaties. “Voor de projecten binnen de Bouwcampus werken al die verschillende partijen samen om grote projecten aan te pakken. Met het vertrouwen dat het denkwerk dat je aan de voorkant van zo’n project bijdraagt, zich vertaalt in opdrachten in de vervolgtrajecten.”
Nijhof: “Maar bij de Bouwcampus speelt bij mij ook enig jeugdsentiment. Het doet me denken aan de tijd toen ik als jong meisje begon in deze sector. Toen kreeg ik de kans om in projecten te werken die een maatschappelijk vraagstuk adresseerden. Dan ging je samen – opdrachtgever en opdrachtnemer – oplossingen zoeken voor complexe problemen. Daarmee ontsteeg je als deelnemer in een multidisciplinair team het belang van het individuele bedrijf. Ik hoop van harte dat we als sector leren om langer vooruit te kijken dan de waan van de dag.”
INTERVIEW door Armand Landman en Caroline Kruit
Het ingenieursbureau Tauw heeft zijn oorsprong in de waterbouwkunde, of meer nauwkeurig: de waterschappen. Sinds 2012 is Annemieke Nijhof CEO van dit internationaal opererende bedrijf. Samenwerking en persoonlijke ontwikkeling staan hoog in het vaandel.
Dit interview is eerder gepubliceerd in de Cobouw Special Opleiden & Ontwikkelen, die op 22 maart 2016 is verschenen.